Stand van zaken vertramming lijn 3 en 7
Op de website van De Lijn staat als timing voor verstramming van Lijn 7, de tramlijn van Sint-Denijs-Westrem via het Sint-Pietersstation en de Zuid naar de Dampoort die als topprioriteit naar voren wordt geschoven en een belangrijk onderdeel van de mobiliteitsvisie vormt, van 2016 tot 2020. Begin september liet u in de pers optekenen dat, als alles gaat zoals gepland, er tegen 2020 trams rijden tussen het Sint-Pietersstation en de Dampoort.
Ook lijn 3 is een belangrijke lijn in termen van aantal reizigers, waarvoor de vertramming als prioriteit naar voren werd geschoven. Een concrete timing lijkt hier echter nog te ontbreken.
Concreet heb ik hierover volgende vragen:
- Wat is de actuele stand van zaken en de huidige planning in beide dossiers, de vertramming van lijn 3 en 7?
- Is de timing 2016-2020 voor de realisatie van tramlijn 7 nog actueel en realistisch?
- Zo ja, dan wel voor het volledige tracé tot Sint-Denijs-Westrem of enkel tussen het Sint-Pietersstation en de Dampoort?
- Is inmiddels een definitieve keuze gemaakt inzake de verschillende tracé- en inrichtingsvarianten voor tramlijn 7? O.a. wat betreft de plaats van de eindhalte in Sint-Denijs-Westrem, het tracé langs de Kortrijksesteenweg, de Heuvelpoort, de Zuid en Sint-Anna.
Sami Souguir
Fractievoorzitter
Antwoord:
Laat mij vooraf stellen dat dit projecten zijn van De Lijn. Het projectmanagement zit volledig in handen van deze maatschappij. Maar vooreerst dient er een onderscheid gemaakt worden tussen deze beide tramdossiers. Het project lijn 7 is al wat verder gevorderd dan dit van lijn 3.
Voor lijn 7 is de procedure voor opmaak van het projectmilieueffectenrapport (MER) volledig doorlopen. Op 9 oktober 2015 werd het project-MER door het Departement Leefmilieu, Natuur & Energie goedgekeurd. Dit is een belangrijke mijlpaal in het globale traject van het project. Het project-MER maakt geen keuze over een definitief tracé. Hierover zijn de gesprekken gaande. Binnenkort zal in de stuurgroep een keuze worden gemaakt.
Momenteel wordt ook werk gemaakt van een samenwerkingsovereenkomst tussen de verschillende besturen. De Lijn stelt voor om in het voorjaar van 2016 een dossier ter goedkeuring aan de Vlaamse Regering te zullen voorstellen. Eens deze goedkeuring verkregen kan het ontwerpdossier dan opgemaakt worden. Dit moet leiden tot de aanstelling van een uitvoerder. De Lijn wenst de uitvoering aan te pakken via een PPS-constructie.
De timing van dit project hangt in grote mate af van de Vlaamse overheid en De Lijn. Een volledige realisatie van tramlijn 7 tegen 2020 lijkt mij hoe dan ook niet vanzelfsprekend. We gaan er wel van uit dat we in 2018 of 2019 kunnen starten met de werken.
De definitieve keuze voor het volledige tracé, dan wel voor een deel ervan is op dit ogenblik nog niet gemaakt. Het resultaat van de MKBA ( Maatschappelijke Kosten-/Batenanalyse) kan hierin een belangrijke rol spelen. Dit resultaat wordt ook heel binnenkort verwacht. Ook de beschikbare middelen kunnen richtinggevend zijn.
Wat betreft tramlijn 3 is er bewust voor gekozen om de MER-procedure van deze lijn niet te laten samenlopen met de procedure van lijn 7. Tramlijn 3 loopt immers door een dichte bebouwd gebied, met minder ruimte voor vrije beddingen. Daardoor vraagt lijn 3 aanzienlijk meer voorstudie en verder uitgewerkte voorontwerpen. Hierop wachten voor de MER-procedure zou een zware vertraging voor lijn 7 betekend hebben.
Tijdens het uitwerken van de voorstudie voor tramlijn 3 bleek dat dit dossier sterk verbonden is met het mobiliteitsplan, dat intussen ook werd uitgewerk en goedgekeurd. Nu het mobiliteitsplan gekend is, kan de voorstudie van tramlijn 3 verder worden opgenomen, en de project-MER verder uitgewerkt. De timing van deze tramlijn ligt dus ongeveer twee jaar achter op de timing van tramlijn 7.
Filip Watteeuw
Schepen van Mobiliteit en Openbare Werken