Homohaat in Rabotwijk

21 september 2015

Holebi’s worden nog bijna dagelijks ongelijk behandeld en zelfs geconfronteerd met verbaal en zelfs fysiek geweld. Daarom werd in Gent goed anderhalf jaar geleden de 'Regenboogverklaring' ondertekend. Ondertussen lanceerde de Gentse politie ook een nieuw meldpunt, specifiek voor het laagdrempelig melden van misdrijven met een homo- en transfoob motief.

Toch lazen we via sociale media en in de kranten de getuigenis van een homokoppel dat de homohaat aanklaagt die er heerst in de Rabotwijk. De getuigenis staat haaks op de open en solidaire stad die Gent wil zijn en doet eerder denken aan middeleeuwse praktijken.

Toen bij een van de incidenten de politie erbij werd gehaald kwam die niet alleen laat aan, men zou de situatie ook beoordeeld hebben als een banale burenruzie. U gaf al aan de korpschef een onderzoek bevolen te hebben naar het optreden van de politie en de dienst integratie te zullen inschakelen.

Concreet heb ik dan ook volgende vragen:

  • In welke mate komen gelijkaardige feiten voor in de wijk of in andere wijken in Gent?
  • Wat is het resultaat van het onderzoek naar dit politieoptreden?
  • Welke initiatieven heeft de integratiedienst inmiddels ondernomen of zal deze in de toekomst nog ondernemen?

Stephanie D'Hose
Gemeenteraadslid


Antwoord:

Daar de vragen 8, 9, 10 en 17 allemaal over het incident in het Rabot gaan en vraag 14 gedeeltelijk over het Rabot gaat, stel ik voor om ze samen te beantwoorden. Deel 2 van vraag 14 over het facebook incident zal samen met de vragen 12, 13 en 16 worden beantwoord.

Er werd de dag van de feiten een oproep gedaan bij de Politie om bijstand. De persoon die de oproep deed, gaf aan dat een groep mensen hem bedreigde na een discussie over parkeren voor zijn garage. Voor alle duidelijkheid: de oproep die toen binnenkwam bij de politie betrof geen melding van homohaat.

Toen het ondertussen bekende bericht op de sociale media begon te circuleren, en het incident gekaderd werd binnen de context van homohaat, is de zaak overgeheveld naar het “Meldpunt Homo- en Transfobie” van de Politiezone Gent. Er werd in samenspraak met het Parket een gerechtelijk onderzoek opgestart. Dat gerechtelijk onderzoek loopt nog.

Het voorlopige administratieve onderzoek maakte alvast duidelijk dat één en ander is misgelopen bij de communicatie tussen de Federale Politie, die instaat voor de eerste “call-taking”, en de Lokale Politie, die instaat voor de dispatching naar de meest geschikte eenheid per incident.

Wanneer het op basis van de beschikbare informatie duidelijk is dat er een acute dreiging aan de gang is met mogelijke fysieke of materiële schade, worden interventieploegen en/of het snel respons team (COPS) naar de plaats van gebeuren gestuurd om de dreiging te stoppen. Daarnaast wordt er een strafdossier opgestart.

Het element van de bedreigingen is bij het doorgeven van de melding verloren gegaan, waardoor niet de gebruikelijke interventiemedewerkers ter plekke zijn gestuurd maar wel motoragenten.

Die motoragenten waren enkel op de hoogte van een parkeerprobleem toen ze werden opgeroepen.

Ik geef hierbij ook graag de versie mee van het Meldpunt Discriminatie van het Interfederaal Gelijkekansencentrum:

“Naar aanleiding van de berichtgeving in de nationale pers, hebben wij (het MP (Meldpunt) Discriminatie van het Interfederaal Gelijkekansencentrum) contact opgenomen met de referentieambtenaar discriminatie en haatmisdrijven van de PZ (Politiezone) Gent. Daaruit bleek dat de realiteit heel wat genuanceerder is, dan de persartikels lieten uitschijnen.

Daarnaast hebben wij een aanbod gedaan naar de slachtoffers conform onze wettelijke opdracht met het oog op de verdere slachtofferondersteuning en juridische bijstand. Op basis van art. 5,5° samenwerkingsprotocol hebben wij onze tussenkomst gemeld aan de burgemeester en aan de korpschef.

Als het globale dossier wordt overgemaakt aan de bevoegde referentiemagistraat zullen wij in naam van het Interfederaal gelijkekansencentrum expliciet de aandacht vragen voor de mogelijke aanwezigheid van een discriminatiemotief bij het basismisdrijf van belaging. De toepassing van de verzwarende omstandigheid bij het misdrijf van belaging vereist niet dat de discriminatoire drijfveer de enige drijfveer is.”

Met betrekking tot “homofobe” feiten bestaat een groot ‘Dark number’, zoals de Politie dat noemt: de criminaliteitsstatistieken hierover zijn laag, en bieden weinig inzicht, bijvoorbeeld naar geografische spreiding van de feiten.

Ook over de migratieachtergrond van daders hebben wij bijgevolg weinig informatie. Voor de enkele strafdossiers die er zijn, zouden wij aan het Parket kunnen vragen of wij de PV’S mogen consulteren om de geboorteplaats van de verdachte te achterhalen.

Onderzoek heeft aangetoond dat slachtoffers van homofobe en transfobe agressie drempels ervaren om aangifte te doen bij de Politie. Sommige holebi’s wensen geen melding te doen omdat zij zich nog niet hebben geout bij vrienden, familie of collega’s. Anderen vrezen niet serieus genomen te worden door de Politie, of menen dat aangifte doen “toch tot niets leidt”. Tot slot zijn er nog de incidenten waarbij het homofobe element in de aangifte niet werd geëxpliciteerd waardoor het ook niet zo wordt opgenomen in de statistieken.

Op 1 mei 2014 startte de Politiezone Gent, mede daarom, met een lokaal “Meldpunt Homo- en Transfobie”.

Het Meldpunt Homo- en Transfobie van de Politiezone Gent is een mailbox, die bereikbaar is via een link (met de regenboogvlag) op de website van de Politiezone Gent. Mensen die het slachtoffer werden van een misdrijf met homofoob of transfoob motief, of die getuige waren van een dergelijk misdrijf, kunnen hier vrijblijvend terecht met al hun vragen.

Er kan steeds een afspraak worden gemaakt. Medewerkers van de Politie ondersteunen het slachtoffer bij het indienen van een aangifte en verwijzen, indien gewenst, door naar de juiste hulpverlening.

Voor alle duidelijkheid: wie nood heeft aan dringende politionele hulp dient nog steeds, in alle gevallen, het noodnummer 101 te bellen. Het Meldpunt is immers niet bedoeld voor dringende politiehulp; het is er om mensen die met vragen zitten, te helpen. Het Meldpunt is op werkdagen (maandag t.e.m. vrijdag, exclusief feestdagen) ook telefonisch bereikbaar vanaf 8.30 uur ’s morgens tot 17 uur ’s avonds op het nummer 09 266 67 56.

Het Meldpunt ontving op één jaar (tussen 1 mei 2014 en 30 april 2015) 26 meldingen per mail (de telefonische meldingen zijn hierin niet meegeteld, die worden ook niet bijgehouden). Alle meldingen zijn afkomstig uit het Nederlandstalige landsgedeelte. Dus, voor alle duidelijkheid: niet alleen uit Gent. Een aantal ervan gaan over feiten die zich buiten Gent hebben voorgedaan. Er zijn bovendien ook heel wat anonieme meldingen.

De Politiezone Gent heeft er uitdrukkelijk voor gekozen om van de aanpak van seksueel geïnspireerd geweld, waaronder homo- en transfobie, een prioriteit te maken die is ingebed in haar Zonaal Veiligheidsplan. Dit leidde tot volgende zaken:

  • de al vermelde implementatie van een Meldpunt voor de aangifte van homofoob en transfoob geweld;
  • de organisatie van een tweedaagse opleiding met als titel “Durf anders te denken”, waarin het personeel aangezet wordt om na te denken over een correcte opvang van slachtoffers van seksueel geïnspireerd geweld en van discriminatie- en haatmisdrijven (waaronder homo- en transfobie).

Tot op vandaag hebben 262 personeelsleden de opleiding gevolgd (143 in 2014 en 119 in 2015).

Naast het Meldpunt Homo- en Transfobie van de Politie (waar misdrijven zoals slagen en verwondingen binnen de context van homohaat kunnen worden gemeld) is er ook het Meldpunt Discriminatie van het Interfederaal Gelijkekansencentrum.

In september 2013 ging het SMS-systeem van het (toen nog stedelijke) Meldpunt Discriminatie van start voor meldingen van discriminatie in de horeca op basis van afkomst. Schepen Resul Tapmaz heeft het systeem kort daarna ook opengesteld voor meldingen van discriminatie op basis van geaardheid.

Het Meldpunt Discriminatie is sinds 1 januari 2014 niet meer in beheer van de Stad Gent. Dit Meldpunt is nu een lokale antenne van het Interfederaal Gelijkekansencentrum. Het is wel, tussen aanhalingstekens, “fysiek ingebed in de Stad Gent”, en er is een samenwerkingsovereenkomst opgesteld, maar de werking staat los van de werking van de Stad.

Alle burgers voor het werkingsgebied (dat 46 gemeenten omvat) kunnen met het Meldpunt contact nemen om discriminatie op basis van de anti-discriminatie- en de antiracismewet te melden. Dit kan telefonisch of via email. Er kan desgewenst ook een afspraak gemaakt worden.

Het Meldpunt Discriminatie van Gent is tevens lid van de denktank homofobie van de stad Gent en werkt in overleg met de PZ (Politiezone) Gent en Cavaria aan een aanbod aan alternatieve maatregelen in de strijd tegen homofobe haatmisdrijven. Het Interfederaal Gelijkekansencentrum heeft in Gent in 2013 de Regenboogverklaring mee ondertekend.

In ons bestuursakkoord staat duidelijk dat wij de strijd aangaan met elke vorm van uitsluiting, discriminatie en racisme. De “Regenboogverklaring” past binnen een breder antidiscriminatiebeleid en vormt het kader waarbinnen acties gericht op holebi’s worden uitgewerkt. De Regenboogverklaring bevat zes punten die allemaal bijdragen aan respect voor holebi’s en transgenders in Gent.

Volgende acties en duurzame maatregelen werden al genomen binnen dit kader:

  • Wij zijn gestart met een structureel overleg tussen Parket, Politie Gent, Stad Gent en het Meldpunt Discriminatie. Halfjaarlijks wordt daarbij het melden en de aanpak van haatmisdrijven besproken. Er wordt ook steeds bekeken hoe de meldingsbereidheid kan worden verhoogd.

En er is een structurele samenwerking met Çavaria en Casa Rosa om de meldpunten nog beter bekend te maken via hun kanalen (bijvoorbeeld in de gids ‘Opvallen en rechtslaan’, en tijdens de infoavond ‘Meld Het’).

Ook binnen de domeinen Jeugd en Onderwijs werden al acties ondernomen:

  1. Zo voerde het International Centre for Reproductive Health van de Universiteit Gent een onderzoek naar homofobe attitudes bij jongeren. De bevindingen vormen de basis voor andere acties.
  2. Het interactieve boek voor scholen rond het thema geaardheid, met als titel ‘Niet Normaal’, werd ontwikkeld en verspreid.
  3. Daarnaast streven wij er naar het thema gender en seksuele geaardheid ook verder te laten opnemen in de opleiding leerkrachten en in de vorming van nieuwe leerkrachten.

Daarnaast zijn er nog een reeks sensibiliserende acties geweest.

De Regenboogverklaring heeft voor een grotere alertheid en bewustwording gezorgd bij zowel Politie, onze stadsdiensten, het middenveld als burgers. Wij moeten verder werken aan de bereidheid om aangifte te doen. Het is belangrijk dat homofobie, en daden die eruit voortkomen, duidelijk worden benoemd én gemeld, opdat wij het fenomeen nog beter zouden kunnen bestrijden.

Ik kan u tot slot meegeven dat ik het incident heb besproken met de moskeeverantwoordelijken en imams op het overleg aangaande het Offerfeest op 1 september. Het punt stond trouwens geagendeerd op vraag van de koepel van moskeeën.

De aanwezige moskeeverantwoordelijken en imams die hierover het woord namen, veroordeelden elke vorm van fysiek of verbaal geweld t.a.v. holebi’s. Een moskeeverantwoordelijke van de moskee op het Rabot was zelfs langs geweest bij de twee heren wat door hen erg werd geapprecieerd. Hij zou het onderwerp ook verder bespreken met de gelovigen.

Daniël Termont
Burgemeester

Optionele cookies plaatsen voor Google Analytics, zoeken en social media integratie:       Accepteren       Weigeren       Meer info