Leners Bibliotheek Gent
Volgens Bios (Bibliotheek informatie- en opvolgingssysteem) is het aantal leners van de Gentse bibliotheek de voorbije jaren sterk gedaald, dit tegenover een stijging van de Gentse bevolking in de voorbije jaren.
Om een idee te geven, in 2006 waren er 80.703 leners uit 233.120 Gentenaars, een percentage van 34,6%. In 2009 was dit 76.766 leners uit 240.049 Gentenaars, een percentage van 32%, en in 2013 slechts 70.153 leners uit 248.813 Gentenaars, een percentage van slechts 28,2%.
- Heeft de schepen kennis genomen van deze statistieken m.b.t. aantal Gentse leners?
- Wat zijn haar conclusies?
- Welke maatregelen zullen er genomen worden om meer leners over de vloer te krijgen binnen de Gentse bibliotheken?
Mehmet Sadik Karanfil
Gemeenteraadslid
Antwoord:
De cijfers die in Bios opgenomen zijn, vergen toch wat omzichtigheid in de interpretatie. Het aantal leners kan immers niet zomaar afgezet worden tegen het aantal Gentenaars. Gent is een centrumstad én een studentenstad, waardoor altijd een groot aantal leners niet-Gentenaars zijn. Dat is voor een groot deel aan de studenten toe te wijzen.
De studenten zijn decennialang een belangrijke groep geweest in de bibliotheek. Maar net die groep neemt de laatste jaren af. Op zich is dat niet verbazend, omdat zowel de universiteit (met de ontwikkeling van faculteitsbibliotheken die de vroegere seminariebibliotheken vervangen) en de hogescholen recent sterk geïnvesteerd hebben in hun eigen bibliotheekwerking. Naast die fysieke investering is er bovendien voor de studenten een grote toegang tot databanken via een beveiligde VPN-verbinding op hun eigen computer. De impact hiervan is duidelijk voor de bibliotheek. Om de jaren te gebruiken die u noemt: In 2006 bedroeg het aantal niet-Gentenaars onder de leners 34,66 % (27.972 van de 80.703 leners), in 2009 33,23 % en in 2013 nog maar 29,20 % (19.783 van de 70.153 leners). In 2014 is het aantal verder gedaald tot 27,86 %.
Dat impliceert meteen dat het aantal Gentenaars in 2006 52.7231 leners bedroeg en in 2013 50.370 leners.
Ook deze aantallen moeten nog genuanceerd worden. In 2006 werkte de bibliotheek nog met collectieve en individuele kaarten voor klasontleningen. Na de implementering van de nieuwe maningprocedure in 2011 is het gebruik van klaskaarten voor die klasontleningen gestimuleerd. Bij het gebruik van individuele kaarten had de leerkracht immers geen zicht op welke materialen op tijd binnen moesten, waardoor schoolkinderen in de maningsprocedure terecht kwamen. Door het gebruik van klaskaarten hebben zowel de leerkracht als de bibliotheek wel een goed overzicht, zodat materialen op tijd binnengebracht worden. Dit impliceert wel een daling van het aantal actieve leners omdat een klaskaart als één lener geldt, terwijl er natuurlijk vaak meer dan twintig leerlingen gebruik van maken. Vroeger waren dat dus dikwijls individuele actieve leners. De bibliotheek kan onmogelijk zeggen met hoeveel het aantal actieve leners hierdoor verminderd is, maar voor 2014 ging het om 70.645 ontleningen op 1.869.186 in totaal. We spreken hier dus over 3,78% van het totale aantal ontleningen.
In grote lijnen kunnen we stellen dat de ontleningen door Gentenaars of door Gentse scholen behoorlijk constant zijn in de tijd, zelfs in verhouding tot het gestegen inwoneraantal, maar dat er een duidelijke terugval is in de ontleningen door niet-Gentenaars. Dit verschil is echter minder relevant dan het lijkt, want maskeert het gegeven dat de terugval er voornamelijk één is in een bepaalde leeftijdscategorie. De terugval manifesteert zich vooral bij de leeftijd 15-19 jaar en 20-24 jaar. De leeftijd 15-24 jaar zakte van 19.185 actieve leners in 2010 terug tot 14.538 in 2014.
2010: 15-19 jaar: 7.626 (13,69% van de leners)
2010: 20-24 jaar: 11.559 (20,74% van de leners)
2014: 15-19 jaar: 5.839 (12,00% van de leners)
2014: 20-24 jaar: 8.699 (17,88% van de leners)
De grootste uitdaging voor de bibliotheek is dan ook niet zozeer om in het algemeen méér leners binnen te krijgen, maar om een specifiek beleid te ontwikkelen voor de leeftijdsgroep van 15-24 jaar die momenteel dreigt af te haken. In de nieuwbouw van de Krook zijn daar al een aantal aspecten voorzien, o.a. door de uitbouw van een Jongerenbibliotheek. Er is recent ook begonnen met de uitbouw van een structurele samenwerking met het middelbaar onderwijs. Maar ook na de opening van de Krook zal er veel werk aan de winkel te zijn om de bibliotheek relevant te houden voor de prille twintigers. Zij zijn weliswaar nog massaal aanwezig in de bibliotheek (om te studeren, om gebruik te maken van WIFI,…) maar maken in steeds mindere mate gebruik van de collectie. Hier ligt een grote uitdaging voor de Gentse bibliotheek, maar ook voor de bibliotheeksector in zijn geheel. Want dit afhaakgedrag manifesteert zich wereldwijd. Dit wordt dus een permanent aandachtspunt in de komende jaren.
Annelies Storms
Schepen van Cultuur, Toerisme en Evenementen