Stephanie maakt anonieme klacht na homofoob geweld mogelijk
Wie geconfronteerd wordt met homofobie of homofoob geweld moet daarover anoniem aangifte kunnen doen via een digitaal platform en politiediensten moeten een draaiboek krijgen om met deze problematiek om te gaan.
Dat staat in een resolutie van Senaatsvoorzitster en Vlaams parlementslid Stephanie D’Hose die unaniem goedgekeurd werd in de Senaat, op de onthouding van N-VA na. Ook slachtofferhulp wordt meer toegankelijk gemaakt, en gevallen van homofoob geweld worden als afzonderlijke misdrijven geteld. Hier legt Stephanie in één minuut uit waarom dat nodig is.
Het Interfederaal Gelijkekansencentrum (Unia) heeft vastgesteld dat het aantal dossiers met betrekking tot discriminatie van holebi’s in 2018 met 38 % is gestegen ten opzichte van het gemiddelde van de voorgaande vijf jaar en dat deze stijging zich in 2019 heeft doorgezet. Eén op drie holebi’s geeft te kennen zich minstens één keer per maand onveilig te voelen omwille van hun geaardheid. Alle onderzoeken geven aan dat homofoob geweld, van straatintimidatie tot gaybashing, toeneemt. Maar de aangiftebereidheid is laag, de inspanningen van de regeringen ten spijt. Er gaapt een kloof tussen de officiële aangiftecijfers en het reële aantal feiten waarmee holebi’s worden geconfronteerd. De doorstroming van informatie verloopt bovendien niet uniform: klachten van homofoob geweld worden vaak niet in die termen worden geregistreerd.
In haar tussenkomst tijdens de besprekingen vertelde D’Hose het verhaal van het jonge Gentse koppel dat eerder deze week slachtoffer werd van homofoob geweld op de trein. “Zo’n verhaal wil ik nooit meer moeten vertellen,” zegt D’Hose. “Dit verhaal, en zoveel andere verhalen die niet in de kranten verschijnen, daar gaat deze resolutie over. Over koppels die geïntimideerd worden, omdat ze iemand graag zien. Over slachtoffers van geweld, zowel verbaal als fysiek, die geen aangifte durven doen. Of die dat wel doen, maar geen gepaste ondersteuning krijgen.”
Het dark number van homofobe gewelddaden maakt dat de politie onvoldoende zicht heeft op de problematiek en daders minder snel gevat worden, maar ook dat slachtoffers niet geholpen kunnen worden.
Daarom wil D’Hose dat er een anonieme aangifte mogelijk wordt, zoals die in Nederland en Engeland al bestaat. Eén digitaal loket met een website en een app moet de drempel tot aangiftebereidheid verlagen.
“Ik heb samen met vele collega’s deze resolutie uitgewerkt met één doel voor ogen: om de drempel voor het indienen van een klacht bij geweld tegen de regenbooggemeenschap te verlagen en dus het ‘dark number’ terug te doen dringen.”
Indien het slachtoffer dat wenst, en enkel dan, kan er gekozen worden voor een formele klacht bij de politie waarbij dan de identificerende elementen van het slachtoffer ten opzichte van de dader afgeschermd worden.
“Wie anoniem wil blijven, mag niet buiten de statistieken vallen. Dit zeer reële probleem mag op geen enkele manier geminimaliseerd worden,” zegt D’Hose. “Wie klacht wil indienen, moet zo lang mogelijk met de grootst mogelijke discretie geholpen worden. Pas als een slachtoffer daar zelf klaar voor is, kunnen deze zaken in de openbaarheid behandeld worden. Ook de wetenschap dat je achteraf geholpen wordt, verlaagt voor slachtoffers de drempel om aangifte te doen.”
Het project moet voorafgegaan worden door een informatie- en sensibiliseringscampagne in samenwerking met organisaties van de regenbooggemeenschap die zich voor gelijke rechten inzetten.
“Dit soort homovijandig gedrag is bijzonder laf en moet krachtdadig worden aangepakt,” zegt D’Hose. “De bestrijding van deze misdrijven moet de hoogste prioriteit worden met een doorgedreven handhavingsbeleid, en we moeten de slachtoffers hulp en professionele ondersteuning kunnen bieden. Want de impact van deze misdaden is niet te onderschatten: ongeveer 2/3 van de slachtoffers ervaart psychische problemen.”
“De beste manier om het onveiligheidsgevoel bij deze groep weg te nemen, is de oorzaak van het probleem aanpakken,” vult ze aan. “Dat betekent komaf maken met geweld en intimidatie, maar ook slachtoffers garanties bieden dat hun aangifte een verschil maakt in de strijd voor gelijke rechten, én voor hun eigen psychisch welzijn.”