Toewijzing scholen

13 maart 2013
Gentenaars met kinderen geboren in 2011 hadden tot 21 februari de tijd om online de scholen van hun voorkeur door te geven. Begin deze maand kregen de ouders de melding welke school hen werd toegewezen. Via de pers vernamen we dat een 100-tal ouders geen enkele school toegewezen kregen.

Vooral in Gentbrugge zou dit het geval zijn. Daarenboven bereikte me het bericht van ouders die, vanuit hun persoonlijke filosofische overtuiging, geen scholen van het vrije net als voorkeur hadden opgegeven en een katholieke school werd toegewezen.

Concreet heb ik dan ook volgende vragen:

  • In welke mate komen de inschrijvingen overeen met de prognose die sinds 2008 door de Studiedienst van de Vlaamse Regering worden gemaakt?
  • Welke zijn de oorzaken waardoor ouders geen enkele school toegewezen kregen en in welke wijken doen die zich voor?
  • Wat is de reden dat ouders een school toegewezen krijgen die niet tot hun voorkeur behoorde?
  • Welke stappen zullen verder ondernomen worden om voor alle kinderen een gepaste oplossing te vinden?

Sami Souguir
Fractievoorzitter


Antwoord:

Welke creatieve oplossingen ziet u voor de capaciteitsproblemen? In het verleden werd al gekozen voor containerklasjes. Behoort dit opnieuw tot de mogelijkheden? Waar zouden deze kunnen ingeplant worden? (Karin Temmerman)

Welke andere creatieve maatregelen zullen er genomen worden? Hoeveel extra plaatsen zal dit alle opleveren? Welke impact hebben de geplande maatregelen al dan niet op de onderwijskwaliteit en op de speelruimte voor de kinderen gegarandeerd. (Sandra Van Renterghem)

Welke stappen zullen verder ondernomen worden om voor alle kinderen een gepaste oplossing te vinden? (Sami Souguir


Op dit ogenblik zijn al een aantal bijkomende initiatieven genomen om extra plaatsen te creëren. Het Go! zal in de basisschool De Hazenakker (Gentbrugge) per 01.09.2013 door herschikking 32 extra plaatsen maken. Ook op de Voskenslaan wil het Go! nagaan of ze door herschikking bijkomende plaatsen kunnen bijmaken.

Het stedelijk onderwijs zal op een van de twee de parkeerterreinen van het woon- en zorgcentrum De Liberteyt in Wondelgem (tijdens de bouwwerken voor een nieuwe bijkomende vleugel aan de school) containerklassen optrekken. Per 01.09.2013 start de school met een eerste verhoging van de capaciteit van 50 plaatsen voor het kleuteronderwijs.

Het departement onderwijs en opvoeding van de stad Gent overweegt ook om in de vrijgekomen lokalen in de school voor buitengewoon onderwijs in de Sassepoort twee bubbelklassen op te richten, goed voor een 50-tal plaatsen.

Tot slot wil ik nog meegeven dat in de Kiekenstraat een lagere school start. Dit zal in eerste instantie per 01.09.2013 op het niveau van het lager onderwijs 25 plaatsen opleveren.

Totaal aantal bijkomende plaatsen met de nu genomen maatregelen : tussen de 150 en 180 plaatsen.

Alle genomen maatregelen hebben geen enkele weerslag op het in het gedrang brengen van de kwaliteit van het onderwijs. Er wordt niet gestreefd naar overvolle klassen.

In geen enkel van de genomen initiatieven werd beslag gelegd op de speelruimte van de kinderen.


Zijn er los van de reeds gekende problemen voor de kleuterscholen voor 2013-2014 nog andere capaciteitsproblemen? (Bram Braeckevelt)

Hoeveel plaatsen zijn er tekort in Gent? Kan u een opsplitsing maken per deelgemeente.(Karin Temmerman)

Waar situeren zich de problemen, bij welke bevolkingsgroepen, in welke delen of wijken van de stad. (Anne Schiettekatte)

Welke zijn de oorzaken waardoor ouders geen enkele school toegewezen kregen (en in welke wijken doe die zich voor)? (Sami Souguir)

Wat is de reden dat ouders een school toegewezen krijgen die niet tot hun voorkeur behoorde? (Sami Souguir)

In welke mate komen de inschrijvingen overeen met de prognose die sinds 2008 door de Studiedienst van de Vlaamse Regering worden gemaakt? (Sami Souguir)

Komt er een evaluatie van de website www.meldjeaan.be? (Bram Braeckevelt)

Is de stad bereid via participatie-trajecten de ouders en de buurt te betrekken en te luisteren naar hun ideeën bij het zoeken naar een oplossing? (Karin Temmerman)

In de grafiek die u bezorgd werd met de evolutie en prognose van de 0-2 jarigen vind je de evolutie op basis van het bevolkingsregister (volle lijnen), samen met de prognoses van de Studiedienst van de Vlaamse Regering (stippellijnen).

De geboortes stijgen nog steeds, maar iets minder sterk dan voorspeld door de studiedienst.

Op dit ogenblik is er voor volgend schooljaar (2013-2014) niet voor elk ‘Gents’ kind een plaats in de instapklas en eerste kleuterklas. Er is een dreigend tekort van 253 plaatsen wat overeenkomt met een dekkingsgraad van 92,3. Dit over het geheel van het grondgebied van de stad Gent.

Een dekkingsgraad van 100 zou betekenen dat er voor elk kind wel een plaats is.

Sommige wijken hebben een dekkingsgraad die een stuk lager is dan 100. Wanneer er een tekort aan plaatsen is in een bepaalde wijk, geldt dit voor alle kinderen (indicator of niet-indicatorleerling). Het kaartje met de wijken van Gent geeft hier in het voorbeeld van de instappertjes duidelijk aan welke wijken met een tekort aan plaatsen kampen.

In die wijken zijn te weinig plaatsen voor kinderen uit de buurt. Voorbeelden hiervan zijn de 19de eeuwse gordel, Wondelgem, Gentbrugge en in iets mindere’ mate de Kanaaldorpen en Zwijnaarde. De ouders zoeken plaats in de omliggende wijken waar wel nog vrije plaatsen zijn. Op die manier installeert zich het principe van de communicerende vaten en komen leerlingenstromen op gang van de ene wijk naar de andere.

Dit is normaal aangezien wijkgrenzen au fond artificieel zijn.

Een hogere dekkingsgraad dan 100 bouwt wat marge in zodat deze leerlingenstromen niet te snel dichtstroppen, zeker indien het criterium “buurt” zijn rol moet blijven spelen bij de keuze van een school.

Wat de vraag betreft omtrent de toegewezen school die niet tot de voorkeur van de ouders behoorde, kan ik zeggen dat het onmogelijk is dat een kind een school toegewezen kreeg die niet op het voorkeurslijstje van de ouders stond. Als een kind een katholieke school toegewezen kreeg, is het omdat de ouders die school in hun lijstje met voorkeurscholen opgenomen hebben.

De betrokken ouders kunnen steeds contact opnemen met de deskundige-ondersteuner van het Lop als ze menen dat er iets fout is gelopen.

Wel blijkt dat sommige ouders verkeerdelijk menen dat ze best alle scholen in de buurt aanvinken, ook die waar ze hun kind niet naartoe willen sturen.

De reden waarom sommige kinderen geen school toegewezen kregen, is juist omdat nog teveel ouders te weinig scholen aanvinken.

En ja, er moet niet alleen gekeken worden voor “plaats voor elk kind” maar ook of de vrije schoolkeuze cq de vrije keuze van school en vestigingsplaats gewaarborgd is. Dat is een heel moeilijke oefening. Er kan b.v. gekeken worden naar het aantal weigeringen in CAR.

Deelgebieden met een groot onevenwicht in weigeringen tussen b.v. officieel en vrij onderwijs hebben wellicht een specifiek tekort van het ene of het andere. Dat blijft evenwel een vrije ruwe maat.

Er zijn echter ook een aantal factoren waar we geen rekening mee konden/kunnen houden:


Broertjes en zusjes:

Broertjes en zusjes krijgen voorrang.

Het kan gebeuren dat deze kinderen zich inschrijven in een school die niet in de buurt van de wijk ligt waar ze wonen.
Het is momenteel niet mogelijk op voorhand (voor de inschrijvingsperiode) te bepalen over hoeveel kinderen dit gaat en wat dit betekent voor het aantal vrije plaatsen op de scholen.


Vrije schoolkeuze:

Het is onmogelijk op voorhand in te schatten aan welk net, welke methode, ouders de voorkeur geven. We kunnen dus ook op voorhand niet bepalen hoeveel plaatsen er per net/per methode noodzakelijk zijn binnen een bepaalde wijk.

25% van de toewijzingen gebeurt niet aan de hand van de afstand tot de woning maar aan de hand van de afstand tot het werk van één van de ouders. Ook dit kunnen we op voorhand niet in kaart brengen.

Een aantal Gentse kinderen gaan naar een school in één van onze randgemeenten, een aantal kinderen uit deze gemeenten zoekt een plaats in een Gentse school (broertjes/zusjes, nabijheid werkplaats, inschrijvingen na CAR). Het is heel moeilijk op voorhand te bepalen over hoeveel leerlingen dit gaat en zeker welke wijken hierdoor extra of minder belast worden.

En systematische analyse van de tevredenheid van ouders met de toegewezen school in relatie tot de kenmerken (karakterisering naar pedagogisch project) van de school die men toegewezen kreeg en de school of scholen waarvoor men geweigerd is, zou een meer nauwkeurige evaluatie toelaten.

Er vond reeds een eerste deel van de evaluatie plaats. De ouders werden door het LOP voor de toekenning van de tickets bevraagd over hun voorkeur van hun gekozen scholen.

Een meer algemene tevredenheidsbevraging van de ouders zal binnen enkele weken plaatsvinden. Deze evaluatie gebeurt eveneens door het LOP via een online­bevragings­instrument. Vervolgens zal het LOP ook een meer gedetailleerde analyse van de resultaten maken, o.m. om te zien in hoeverre vorderingen gemaakt werden in het realiseren van een sociale mix.

De vraag naar de bereidheid om via participatie-trajecten de ouders en de buurt te betrekken, moet dus door het Lop meegenomen worden.

Apart daarvan wordt ook de software geëvalueerd (wat werkt goed, welke bugs zitten er nog in? Wat moet nog verbeterd worden teggen oktober 2013?). Dat gebeurt in samenspraak met Digipolis, de stad Antwerpen (die van dezelfde software gebruik maakt en medeopdrachtgever is) en met beide LOP’s (Gent basisonderwijs en Antwerpen basisonderwijs).

Elke Decruynaere
Schepen van Onderwijs, Opvoeding en Jeugd

Optionele cookies plaatsen voor Google Analytics, zoeken en social media integratie:       Accepteren       Weigeren       Meer info