Spijbelen

6 februari 2012
Van de drie grote steden, Gent, Antwerpen en Brussel, heeft Gent het grootste aantal spijbelaars. Hoewel Antwerpen in absolute aantallen de meeste jongeren heeft die aan schoolverzuim doen, liggen de door hun gespijbelde uren in verhouding tot de hele schoolbevolking lager dan die in Gent.

Het gaat om hardnekkig spijbelen, dat wil zeggen: jongeren die meer dan dertig halve dagen per schooljaar ongewettigd afwezig zijn.

Graag had ik van de schepen vernomen:

  1. Heeft hij een verklaring voor deze benijdenswaardige Gentse score?
  2. Welke maatregelen zal hij treffen teneinde deze cijfers naar beneden te krijgen?
  3. Is hij van mening dat een evaluatie van het Gentse anti-spijbelplan zich opdringt?
  4. Projecten zoals Time Out, waar jongeren die de lessen verstoren tijdelijk terecht kunnen, hebben een zeer effici?nte werking. Bestaan er in de Gentse scholen dergelijke projecten?
  5. In welke mate wordt bevoegdheidsoverschrijdend gewerkt? Spijbelen is vaak een uiting van meerdere (gezins)problemen. Heeft de schepen van onderwijs hiervoor overleg met zijn collega bevoegd voor welzijn?

Sas van Rouveroij
Gemeenteraadslid


Antwoord:

Heeft hij een verklaring voor deze benijdenswaardige Gentse score?

We vermoeden dat de cijfers waarop er gealludeerd wordt, waarschijnlijk komen uit het antwoord van Minister Smet op een schriftelijke parlementaire vraag van Paul Delva (vraag 168 22/11/?21). Er staat inderdaad 1 tabel waar de vergelijking gemaakt wordt met Antwerpen en Brussel.

Bij het secundair onderwijs gaat het over volgende percentages: 3,5 voor Brussel, 3,2 voor Antwerpen en 3,7 voor Gent. U kunt ook merken dat het percentage spijbelaars secundair onderwijs bij de 2 opeenvolgende jaren constant gebleven is in Gent, daar waar in Brussel en Antwerpen een lichte stijging te merken valt. Deze cijfers moeten dan ook genuanceerd worden. Om meerdere redenen kunnen de cijfers uit ons rapport niet zomaar naast deze van Antwerpen en Brussel worden geplaatst.

In Gent hebben we goede contacten met het Centraal Meldpunt van Antwerpen, en dat leert ons dat zij zich nog veel minder dan het Steunpunt leerrecht- en leerplichtbegeleiding van Gent in de door de Minister gegeven cijfers herkennen. Hun eigen cijfers liggen duidelijk hoger (dan deze van Gent). Het Steunpunt van leerrecht- en leerplichtbegeleiding van Gent heeft contact gezocht met de diensten van Agodi (Agentschap voor Onderwijsdiensten) om de vermelde cijfers te kunnen verifi?ren en te vergelijken, maar tot op heden hebben we nog geen antwoord gekregen. Beide centra waren zeer verbaasd over de conclusies die getrokken worden rond deze cijfers, die niet weergeven wat er in de jaarlijkse rapporten vermeld wordt.

Het lijkt ons dan ook weinig zinvol om een cijferklopjacht te organiseren. Wij zijn niet van mening dat dit de leerlingen ten goede zal komen. Het is duidelijk dat de problematiek van schooluitval veel groter is in grootsteden. Dat is geen realiteit om fier op te zijn, maar een probleem om aan te pakken.

In Gent worden de cijfers van schooluitval in de vorm van te laat komen (L-code), afwezig door ziekte (Z- en of D-code) en ongewettigde afwezigheden (B-code) elk jaar gepubliceerd in het analyserapport van Het Steunpunt Leerrecht- & Leerplichtbegeleiding (te vinden op hun website: www.?tsteunpunt.be). Dit rapport werd op 15 november ?12 op de Onderwijscommissie gebracht. In de Onderwijscommissie van 17 januari?12 was er gelegenheid de details te bekijken en vragen te stellen.

Hieronder een korte weergave van bepaalde cijfers uit het rapport van het Steunpunt voor het secundair onderwijs: ?Die meet, die weet III?.

In 2010-2011 haalden volgens de gegevens van de Gentse scholen die het Steunpunt verzamelde 717 leerlingen in het gewoon secundair onderwijs minstens 30 B-codes. Dit maakt 717 leerlingen op een totaal van 24.093 leerlingen in het gewoon secundair onderwijs en dit tot en met de leeftijd van 21 jaar. Voor dit totaal geeft dit een percentage van 2,98% wat een stijging van 0,02% betekent met het schooljaar ervoor. In de Gentse scholen gingen ook nog 1373 leerlingen naar het Buitengewoon Secundair Onderwijs. Van hen waren er 159 leerlingen die 30 of meer B-codes verzamelden of 11,6% van deze doelgroep.

In het rapport worden beide groepen niet opgeteld omdat in het buitengewoon secundair onderwijs ook nog een relevant aantal leerlingen tot 25 jaar zit (dan klopt het niet meer voor de ander berekeningen, gewoon secundair onderwijs tot en met 21 jaar). De Dienst Maatschappelijke Zorg (DMZ)van de politie ontving daarvan 427 spijbeldossiers van jongeren gedomicilieerd in Gent. Uit onze rapporten (Gent en Antwerpen) leiden we vooral af dat de schooluitval toeneemt (minder in Gent).

Het laatste schooljaar blijft in Gent het percentage constant voor secundair onderwijs. De toename ligt vooral in het starten van spijbelen (B-codes). Meer jongeren starten het spijbelen en op steeds jongere leeftijd. Anderzijds hoe ouder ze worden, hoe meer afwezigheidcodes (B, L, Z). Afwezigheidcodes worden vooral verzameld in buitengewoon secundair onderwijs en (deeltijds)beroepssecundair onderwijs. Antwerpen doet het beter in het Deeltijds Onderwijs, daar willen we van leren. In Gent blijft de problematiek in het ASO bijna onbestaande, voor Antwerpen is dit iets waar zij van kunnen leren.


Welke maatregelen zal hij treffen teneinde deze cijfers naar beneden te krijgen?

De huidige maatregelen in Gent zullen waarschijnlijk tot gevolg hebben dat in eerste instantie de cijfers van de B-codes nog zullen stijgen. In Gent ziet men immers onder ogen dat men het probleem van schooluitval niet eng mag bekijken door enkel de B-codes te tellen. De rapporten van het Steunpunt leren al 3 schooljaren op rij dat de problematiek evenzeer te vinden is onder de mom van L- en Z/D-codes. Zij zijn d? uitgelezen vluchtwegen voor mensen die liever de problematiek camoufleren. Gent ziet dat het probleem van schooluitval draait om 'niet aanwezig zijn' in de les of op het werk, terwijl men eigenlijk wel in de mogelijkheid is en er wel verwacht wordt. Door het missen van deze opleidingstijd loopt men het risico ongekwalificeerd uit te stromen. Daar wil het Gents beleid iets aan doen.

Als een leerling een B-code krijgt in Gent, is hij onrechtmatig- en dus ongewettigd afwezig. Een B-code betekent voor de Gentse scholen en begeleiders in eerste instantie een signaal van een jongere of het gezin dat er iets aan de hand is en dat het leerrecht bedreigd wordt. Op dit (nood)signaal willen we gepast kunnen reageren met de nodige begeleiding, zorg of sanctie.

Maatregelen:

  1. Onder de Gentse scholen kon voldoende moed verzameld worden om aan leerlingen die na de pauze nog op school aankomen geen L-code van ?te laat? te geven, maar wel een B-code van onwettig afwezig en dus van ?signaal?. Scholen hebben nochtans de pedagogische vrijheid om leerlingen tot 11.45u nog als ?te laat? te registreren. In het belang van het leerrecht van de jongere kiezen we ervoor om niet van deze pedagogische vrijheid gebruik te maken.
  2. Recentere acties in samenwerking met de huisartsenvereniging van Gent en de Provinciale Orde Der Geneesheren zetten ook meer en meer aan om in plaats van een afwezigheid te wettigen met een doktersbriefje (D-codes), ook daar een B-code te noteren. Zo wordt een eventueel probleem gesignaleerd en kunnen gepaste acties worden opgestart. In de laatste analyse zien we hier al een daling van het aantal codes. In eerste instantie zouden die dan bij de B-codes moeten aantikken. Dit maakt dat we ook in de toekomst niet per s? een daling van het aantal B-codes nastreven. We hopen meer op een stijging van de gekwalificeerde uitstroom.


Is hij van mening dat een evaluatie van het Gentse anti-spijbelplan zich opdringt?

Natuurlijk dient een evaluatie van het Gentse anti-spijbelplan zich op. Het Gentse ?anti-spijbelplan? wordt aan het eind van elk schooljaar met alle betrokken partners ge?valueerd. Het plan kende al een aantal bijsturingen om het net van sensibilisatie, preventie, zorg en sanctie rond onze jongeren steeds meer sluitend te maken.

De spijbelaanpak in Gent is een integraal gebeuren met partners binnen onderwijs, maar ook binnen welzijn, gezondheid en justitie. Bij de recente politiehervorming werd met deze evaluatie al rekening gehouden waarbij een aanpassing volgde naar een effici?ntere aanpak van het spijbelprobleem.

In het onderwijslandschap zelf spitsen de acties zich meer en meer toe op de kwetsbare doelgroepen wat betreft schooluitval; voornamelijk het buitengewoon onderwijs en voor secundair onderwijs daarbij ook nog het deeltijds beroepssecundair onderwijs. In deze laatste zat vorig schooljaar zelfs al een 1e daling van de B-codes. (Deze doelgroep heeft veel minder Z/D-codes, maar dan duidelijk meer B-codes)


Projecten zoals Time Out, waar jongeren die de lessen verstoren tijdelijk terecht kunnen, hebben een zeer effici?nte werking. Bestaan er in de Gentse scholen dergelijke projecten?

Time Out is een taak die in het Gentse door On@Break2 wordt opgenomen. Zij zijn zeer actief in individuele trajecten, maar evenzeer in groepsbegeleiding zoals hun meerdere klasprojecten. Tijdens het schooljaar 2010-2011 organiseerden ze binnen het arrondissement Gent 70 korte Time-outs; 23 lange Time-outs en 11 klasbegeleidingen.

Bij conflicten in scholen kan men op hen beroep doen voor een HERGO (Herstelgericht groepsoverleg), waarbij een neutrale moderator in de school komt om de verantwoordelijkheden voor het gebeuren te helpen uitspreken en naar herstel toe te werken Dergelijke tussenkomsten kunnen bijvoorbeeld definitieve uitsluitingen met tucht voorkomen.

Doordat de vraag het aanbod overstijgt, kunnen ze op dit vlak niet altijd tijdig tussenkomen en in overleg met hen werd een groep HERGO-moderatoren in het Gentse Onderwijs opgeleid. De uitvoering van deze tussenkomsten verloopt in afstemming met onderwijs en On@Break2. Het Steunpunt functioneert hier als communicatieplatform. HERGO is een methode binnen het Herstelgericht Werken in scholen.

On@Break2 organiseerde hierover vorig schooljaar een prioritaire nascholing. Deze organisatie toont zich absoluut een zeer actieve partner in het ondersteunen van scholen en jongeren in het realiseren van gekwalificeerde uitstroom.


In welke mate wordt bevoegdheidsoverschrijdend gewerkt? Spijbelen is vaak een uiting van meerdere (gezins)problemen. Heeft de schepen van onderwijs hiervoor overleg met zijn collega bevoegd voor welzijn?

Wat betreft de aanpak van schooluitval wordt in de WeSCo (Werkgroep Structureel Casusoverleg) absoluut bevoegdheidsoverschrijdend gewerkt. Dit is een overlegorgaan ontstaan uit initieel een samenwerking met politie en het Steunpunt.

Vandaag is het een Gents overlegorgaan waarop Onderwijs (inclusief Centrum voor Leerlingenbegeleiding), Welzijn (en gezondheid) en Justitie elkaar 2 keer per jaar treffen om een integrale aanpak van de begeleiding van jongeren naar gekwalificeerde uitstroom te realiseren. Een afgevaardigde van het Gentse beleid neemt deel aan dit overleg. Zo kunnen problemen en noden onmiddellijk aan de bevoegde kabinetten worden overgemaakt.

Laatst werden de problemen in begeleiding van Intra Europese Migranten op deze werkgroep verzameld en doorgegeven aan de Gentse Integratiedienst.

Rudy Coddens
Schepen van Onderwijs en Opvoeding

Optionele cookies plaatsen voor Google Analytics, zoeken en social media integratie:       Accepteren       Weigeren       Meer info